Apis mellifera iberiensis: verschil tussen versies

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Apis mellifera iberiensis''' (voorheen genoemd Apis mellifera iberica) is één van de ondersoorten binnen de soort [[Apis Me...')
 
 
(5 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''Apis mellifera iberiensis''' (voorheen genoemd Apis mellifera iberica) is één van de [[ondersoorten van de Apis mellifera|ondersoorten]] binnen de soort [[Apis Mellifera]] die één van de soorten van het geslacht 'honingbij' ([[Apis]]) is.
+
[[image:Apis-mellifera-iberiensis01.jpg|thumb|300px|right]]
 +
De '''Apis mellifera iberiensis''' (voorheen ook wel Apis mellifera ''iberica'' genoemd) is één van de ondersoorten<ref>Binnen Imkerpedia onderscheiden we [[soorten, ondersoorten (rassen), stammen en lijnen]].</ref> binnen de soort [[Apis Mellifera]] die één van de soorten van het geslacht 'honingbij' ([[Apis]]) is.
 +
 
 +
De iberiensis komt, zoals de naam al aangeeft, voor op het Iberische schiereiland, en tevens op Mallora, Ibiza, Tenerife en Gran Canaria. De iberiensis kreeg pas wat bredere bekendheid nadat [[Broeder Adam]] de iberiensis beschreef na een rondreis van twee maanden in 1959.
 +
 
 +
[[image:Grottekening.jpg|thumb|left|312px|Een ongeveer 70 centimeter hoge rotswandschildering in de Cuevas de Arana (Oost-Spanje).]]
 +
[[image:Apis-mellifera-iberiensis02.jpg|thumb|300px|right]]
 +
[[image:Apis-mellifera-iberiensis03.jpg|thumb|300px|right]]
 +
[[image:Apis-mellifera-iberiensis04.jpg|thumb|300px|right]]
 +
De iberiensis komt nog veel voor in de vrije natuur. Bovendien, zo schrijft schrijft A. Schotanis in 1998<ref>A.Schotanis. Over bijensoorten, -rassen, -stammen en lijnen (deel 7). Maandblad Vlaamse Imkersbond, 1998, nummer 9.</ref>, is erop het iberisch schiereiland sprake van een bloeiende  bijenteelt met een bezetting van maar liefst 6 bijenvolken per vierkante kilometer. De traditionele bijen-behuizing betreft een [[Kurkeik klos]], oftewel 'Colmeia de cortiça' (Portugees), oftewel 'Colmena de corcho' (Spaans).
 +
 
 +
 
 +
Gezien de evolutionaire verwantschap met de [[Apis mellifera mellifera]] (a.m.m.), en omdat de iberiensis (in Centraal Spanje en tegen de Pyreneeën aan) net als de a.m.m. tegen de winterkoude moet kunnen, is het niet verwonderlijk dat de iberiensis veel overeenkomsten met de a.m.m. heeft. De iberiensis is eveneens een tamelijk donkere bij, is eveneens zwermtraag, heeft eveneens een geringe raamvastheid, en heeft eveneens een lage [[Cubitaal Index]] (maar heeft ook elders kortere haartjes). De iberiensis [[werkbij]] is maar iets kleiner dan de a.m.m. De [[darren]] van de iberiensis zijn zeer groot en geheel zwart met roestbruine borstbeharing. Het achterlijf is breed maar de vleugels zijn smaller dan die van de darren van de a.m.m.
 +
 
 +
De iberiensis is niet buitengewoon agressief, maar [[wachtbij|wachtbijen]] hebben wel de neiging om zelfs nog tot 24 uur na een verstoring actief alles in de buurt van het volk aan te vallen. Dit heeft de iberiensis een slechte reputatie gegeven waardoor deze volken in de natuur vaak actief worden vernietigd.
 +
 
 +
 
 +
Ondanks invloeden vanuit het Noorden (de a.m.m.) en vanuit het Zuiden (de [[Apis mellifera major]], en ondanks de grote import van de [[Apis mellifera ligustica]], is de iberiensis toch redelijk zuiver gebleven (met ook opvallend veel uniek genetisch materiaal, wat een indicatie geeft dat de iberiensis al een van de oudere ondersoorten is).
 +
 
 +
Deze blijvende zuiverheid zou worden veroorzaakt door een combinatie van twee opvallende eigenschappen van de [[darren]]:
 +
* het actief op zoek gaan naar andere bijenvolken om met andere [[koningin|koninginnen]] te paren, en
 +
* het hebben van een actieve voorkeur voor koninginnen van de eigen ondersoort.
 +
 
 +
 
 +
De plaatselijke omstandigheden op het iberisch schereiland kunnen nogal verschillend zijn, en bovendien zijn sommige populaties iberiensis tamelijk geisoleerd van elkaar. Hierdoor zijn er ook genetisch duidelijke verschillen waar te nemen tussen de verschillende iberiensis-populaties. Er zijn aldus zes [http://nl.wikipedia.org/wiki/Haplotype haplotypen] te onderscheiden waarvan er vijf een meer evolutionaire overeenkomst met de Apis mellifera major laten zien, en één met de Apis mellifera mellifera.
 +
 
 +
Al met al is de iberiensis een honingbij voor de gematigde klimaatzone. Iberiensis die naar de tropische gebieden van Midden- en Zuid-Amerika werden gebrachten konden zich daar alleen handhaven dankzij de zorgen van de imker, in de vrije natuur werd het niets.
 +
 
 +
 
 +
==Navigatie==
 +
* naar [[Ondersoorten van de Apis mellifera|Overzicht ondersoorten van de Apis mellifera]]
 +
 
 +
 
 +
==Voetnoten==
 +
<references />

Huidige versie van 22 sep 2011 om 10:30

Apis-mellifera-iberiensis01.jpg

De Apis mellifera iberiensis (voorheen ook wel Apis mellifera iberica genoemd) is één van de ondersoorten[1] binnen de soort Apis Mellifera die één van de soorten van het geslacht 'honingbij' (Apis) is.

De iberiensis komt, zoals de naam al aangeeft, voor op het Iberische schiereiland, en tevens op Mallora, Ibiza, Tenerife en Gran Canaria. De iberiensis kreeg pas wat bredere bekendheid nadat Broeder Adam de iberiensis beschreef na een rondreis van twee maanden in 1959.

Een ongeveer 70 centimeter hoge rotswandschildering in de Cuevas de Arana (Oost-Spanje).
Apis-mellifera-iberiensis02.jpg
Apis-mellifera-iberiensis03.jpg
Apis-mellifera-iberiensis04.jpg

De iberiensis komt nog veel voor in de vrije natuur. Bovendien, zo schrijft schrijft A. Schotanis in 1998[2], is erop het iberisch schiereiland sprake van een bloeiende bijenteelt met een bezetting van maar liefst 6 bijenvolken per vierkante kilometer. De traditionele bijen-behuizing betreft een Kurkeik klos, oftewel 'Colmeia de cortiça' (Portugees), oftewel 'Colmena de corcho' (Spaans).


Gezien de evolutionaire verwantschap met de Apis mellifera mellifera (a.m.m.), en omdat de iberiensis (in Centraal Spanje en tegen de Pyreneeën aan) net als de a.m.m. tegen de winterkoude moet kunnen, is het niet verwonderlijk dat de iberiensis veel overeenkomsten met de a.m.m. heeft. De iberiensis is eveneens een tamelijk donkere bij, is eveneens zwermtraag, heeft eveneens een geringe raamvastheid, en heeft eveneens een lage Cubitaal Index (maar heeft ook elders kortere haartjes). De iberiensis werkbij is maar iets kleiner dan de a.m.m. De darren van de iberiensis zijn zeer groot en geheel zwart met roestbruine borstbeharing. Het achterlijf is breed maar de vleugels zijn smaller dan die van de darren van de a.m.m.

De iberiensis is niet buitengewoon agressief, maar wachtbijen hebben wel de neiging om zelfs nog tot 24 uur na een verstoring actief alles in de buurt van het volk aan te vallen. Dit heeft de iberiensis een slechte reputatie gegeven waardoor deze volken in de natuur vaak actief worden vernietigd.


Ondanks invloeden vanuit het Noorden (de a.m.m.) en vanuit het Zuiden (de Apis mellifera major, en ondanks de grote import van de Apis mellifera ligustica, is de iberiensis toch redelijk zuiver gebleven (met ook opvallend veel uniek genetisch materiaal, wat een indicatie geeft dat de iberiensis al een van de oudere ondersoorten is).

Deze blijvende zuiverheid zou worden veroorzaakt door een combinatie van twee opvallende eigenschappen van de darren:

  • het actief op zoek gaan naar andere bijenvolken om met andere koninginnen te paren, en
  • het hebben van een actieve voorkeur voor koninginnen van de eigen ondersoort.


De plaatselijke omstandigheden op het iberisch schereiland kunnen nogal verschillend zijn, en bovendien zijn sommige populaties iberiensis tamelijk geisoleerd van elkaar. Hierdoor zijn er ook genetisch duidelijke verschillen waar te nemen tussen de verschillende iberiensis-populaties. Er zijn aldus zes haplotypen te onderscheiden waarvan er vijf een meer evolutionaire overeenkomst met de Apis mellifera major laten zien, en één met de Apis mellifera mellifera.

Al met al is de iberiensis een honingbij voor de gematigde klimaatzone. Iberiensis die naar de tropische gebieden van Midden- en Zuid-Amerika werden gebrachten konden zich daar alleen handhaven dankzij de zorgen van de imker, in de vrije natuur werd het niets.


Navigatie


Voetnoten

  1. Binnen Imkerpedia onderscheiden we soorten, ondersoorten (rassen), stammen en lijnen.
  2. A.Schotanis. Over bijensoorten, -rassen, -stammen en lijnen (deel 7). Maandblad Vlaamse Imkersbond, 1998, nummer 9.