Bijenluis

Uit Imkerpedia
Versie door Gerard B.W. Vos (overleg | bijdragen) op 11 jan 2010 om 14:42 (Nieuwe pagina aangemaakt met ''''De bijenluis''' ( ''Braula coeca'' ) De bijenluis is oorspronkelijk waarschijnlijk afkomstig uit Midden-Azië en door de imkerij verspreid over de wereld. De bi...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De bijenluis ( Braula coeca )


De bijenluis is oorspronkelijk waarschijnlijk afkomstig uit Midden-Azië en door de imkerij verspreid over de wereld.

De bijenluis is een vleugelloze vlieg.

Ze heeft een duidelijke kop, borst- en staartstuk en is bruinrood van kleur.

De zes poten zijn voorzien van borstels en zuignapjes en daarmee zeer geschikt om snel over de bij te kunnen lopen. Ze is ongeveer 1,5 mm lang en 0,9 mm breed.

Op de moer kunnen meerdere exemplaren worden aangetroffen terwijl op werksters er gewoonlijk één aanwezig kan zijn.

De bijenluis is een commensaal. Dat wil zeggen dat de bij geen direct nadeel ondervindt van de relatie.

De bijenluis leeft op de bij en plant zich voort in de raten.

De ontwikkeling duurt afhankelijk van het weer ongeveer 2-3 weken.

Het vrouwtje klimt op een bepaald moment van de bij om haar eitjes te leggen.

De eitjes, die ongeveer 0.9 mm lang zijn, worden meestal op de honingraten gelegd.

Uit een eitje komt een made die een tunnel door de was graaft.

Ze voedt zich hierbij vermoedelijk met stuifmeel en honing.

De gangen worden meestal direct onder de oppervlakte gegraven.

De made verpopt zich nadat ze zich heeft ingesponnen en groeit door tot een volwassen bijenluis, die na het uitkomen op een bij kruipt. Op de bij verblijft de luis op het borststuk en achterlijf totdat ze honger krijgt. Dan klautert de luis naar het hoofd van de bij om daar de monddelen te prikkelen zodat de bij een druppeltje honing opgeeft.

De hoeveelheid voedsel dat zo door de luis wordt afgepakt is te verwaarlozen.

Op de koningin eten de luizen mee als een werkster de koningin voedt.

Ze hoeven dan niet te 'bedelen' voor het eten.


Bron: Bijengezondheid NBV


Overzicht Bijenziekten en plagen.