Celler bodem: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
| Regel 8: | Regel 8: | ||
| − | De Celler | + | De Celler bodem heeft de volgende kenmerken: |
* De verhoogde bodem is aan de onderzijde dicht. De reden zou zijn, dat varroa-controle niet het hele jaar hoeft te gebeuren. Hiervoor kan een losse bak of vel papier tijdelijk op de bodem geschoven worden via het luikje aan de achterzijde. | * De verhoogde bodem is aan de onderzijde dicht. De reden zou zijn, dat varroa-controle niet het hele jaar hoeft te gebeuren. Hiervoor kan een losse bak of vel papier tijdelijk op de bodem geschoven worden via het luikje aan de achterzijde. | ||
* De achterzijde kan naar keuze met een gaasraampje, plankje of combinatie(omkeerbaar) afgesloten worden. De ventilatieeigenschappen kun je dus makkelijk regelen. Het is tevens een toegangsluikje voor de ‘varroa-bak’, snelle controle op volksgrootte, droog voeren etc. | * De achterzijde kan naar keuze met een gaasraampje, plankje of combinatie(omkeerbaar) afgesloten worden. De ventilatieeigenschappen kun je dus makkelijk regelen. Het is tevens een toegangsluikje voor de ‘varroa-bak’, snelle controle op volksgrootte, droog voeren etc. | ||
| Regel 17: | Regel 17: | ||
| − | + | Bouwtekening(en) van de Celler Bodem kun je [[tekeningen van de Celler Bodem|hier]] vinden. | |
Versie van 5 okt 2010 12:04
De Celler bodem (waarvan het principe voor iedere bijenkast geschikt is) heft enkele nadelen van de gesloten- en de gaasbodem op, zijnde:
- De gesloten kastbodem
- leidt tot te weinig ventilatie (warmlopen) en te veel vocht (schimmels, etc) in de kast, en
- maakt controles op de val van varroa moeilijk.
- De gaasbodem
- kan juist weer tot te veel ventilatie (kou) leiden (waardoor de bijen het gaas - ten dele - gaan dicht kitten), en
- is ook doorlaatbaar voor gevallen stuifmeel waardoor deze voor de bijen verloren is.
De Celler bodem heeft de volgende kenmerken:
- De verhoogde bodem is aan de onderzijde dicht. De reden zou zijn, dat varroa-controle niet het hele jaar hoeft te gebeuren. Hiervoor kan een losse bak of vel papier tijdelijk op de bodem geschoven worden via het luikje aan de achterzijde.
- De achterzijde kan naar keuze met een gaasraampje, plankje of combinatie(omkeerbaar) afgesloten worden. De ventilatieeigenschappen kun je dus makkelijk regelen. Het is tevens een toegangsluikje voor de ‘varroa-bak’, snelle controle op volksgrootte, droog voeren etc.
- De voorzijde kan op dezelfde manier afgesloten worden bij b.v. reizen.
- Het vlieggat-bord is 6 cm naar achteren geplaatst met mogelijkheid tot snelle aanpassingen aan de omstandigheden, zoals verkleinen, muizengaas etc. De voor-aanblik van de kast verandert daarbij miniem voor de bijen.
- Er zijn 2 vlieggaten. Bovenaan in het bord is een spleet gevreest. Waarschijnlijk voor de eerste fase een volkje in ontwikkeling. De onderste wordt in dat geval voorlopig dichtgehouden (Op de floriade van 2002 stond een grote observatiekast met een dikke buis naar buiten. De inkomende bijen gingen toen duidelijk lopend over de bodem. De uitgaande bijen vlogen bovenlangs. Zo hinderden zij elkaar niet. Misschien heeft 2 vlieggaten ook zo'n functie).
- De onderruimte kennen we ook van sommige Segeberger bodems. Hierin kunnen de bijen naar hartelust uitzakken. Een houten plaat (Bausperre) kan wildbouw aan de onderlatten van de ramen voorkomen. Is niet per se nodig. De klosjes zorgen, dat deze niet verschuift en dat er een kier open blijft voor de vrije doorgang voor de bijen.
Bouwtekening(en) van de Celler Bodem kun je hier vinden.