Middendarm

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Honingmaag-honingventiel-middendarm.JPG

Vanuit de honingmaag komt voedsel via het honingventiel terecht in de middendarm (ventriculus). Bij onze honingbij vindt de meeste vertering van voedsel in die middendarm plaats.

De middendarm is sterk verbreed, is voorzien van kring- en lengtespieren, en bezit een sterk geplooide wand wat voor oppervlaktevergroting zorgt. Door dat vergrote oppervalkte kunnen de in de middendarm afgescheiden verteringsenzymen beter hun werk doen.

De verteringsenzymen worden vooral in het achterste gedeelte van de middendarm afgescheiden, maar migreren ook naar de rest van de middendarm. Oudere honingbijen verteren minder stuifmeel en de cellen in het achterste gedeelte van de middendarm vertonen bij oudere bijen dan ook minder activiteit[1].

Schematische weergave van de overgang tussen midden- en dunne darm.

Het darmvocht, het peritrofisch membraan en de darmwand vormen een verdediging tegen ziekteverwekkers. Omdat de cellen van de darmwand zich snel vernieuwen, heeft een virale besmetting ervan in normale omstandigheden[2] maar weinig gevolgen voor de getroffen bijen. De ziekteverwekkers worden uiteindelijk gewoon met de verteringsresten afgevoerd.

Aan het eind van de middendarm zitten de zogeheten Malpighische vaten. De middendarm mondt uit in de dunne darm.

Voetnoten

  1. R.Desmond, Jimenez, Martha Gilliam. Ultrastructure of the ventriculus of the honey bee, Apis mellifera (L.): cytochemical localization of acid phosphatase, alkaline phosphatase, and nonspecific esterase. Cell and Tissue Research (261, 1990), blz. 431-443.
  2. Normale omstandigheden: geen grote aantallen ziekteverwekkers tegelijkertijd en een voldoende doorvoer van ziektverwekkers.