Raad-kast

De Raad-kast.

Een eenvoudige kast, bestaand uit een broedkamer met tien raampjes, een honingkamer, een losse bodem met opklapbare vliegplank en een plat dak.

De kast werd ontwikkeld door de heer Chr.H.J. Raad.

De raampjes worden gemaakt van z.g duivenlatten 20mm breed en 10mm dik.

De toplat is dubbel, tussen de beide helften wordt later een vel kunstraat vastgezet.

Van 25mm dik hout maakt men broedkamer.

Dit wordt een kistje zonder bodem of deksel met een binnenwerk van 375x375mm, hierdoor kunnen de broedraampjes in koud- of als warmbouw gehangen worden.

De wanden zijn 220mm hoog.

Aan de bovenzijde is een lijst van 10x10mm als een sponning waarop de nokken der raampjes kunnen rusten, die dan dus in twee richtingen in de broedkamer kunnen hangen.

In de onderzijde van de broedkamer is een sleuf als vlieggat aangebracht.

De scharnierende vliegplank kan worden gesloten.

De honingkamer is gelijk aan de broedkamer, echter zonder vlieggat.

Het dak is eenvoudig plat en valt over de hk heen.

Tussen broedkamer en honingkamer wordt een moerrooster gelegd voor broed onder en honing boven het rooster.

Voorkomen

Plaats en regio onbekend.

Periode 1930