Tarsaalklieren: verschil tussen versies

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met '[[image:Achterpoot.jpg|thumb|800px|right|In bovenstaande foto's geven de pijlen de locatie van de tarsaalklier aan. Op de foto van de achterpoot zie je ook mooi [[stui...')
 
 
(3 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
[[image:Achterpoot.jpg|thumb|800px|right|In bovenstaande foto's geven de pijlen de locatie van de tarsaalklier aan. Op de foto van de achterpoot zie je ook mooi [[stuifmeelkam en stuifmeelkorfje|de stuifmeelkam en het stuifmeekorfje]].]]
+
[[image:Achterpoot.jpg|thumb|800px|right|In bovenstaande foto's geven de pijlen de locatie van de tarsaalklier aan. Op de grote foto van bijna de gehele achterpoot zie je ook mooi [[stuifmeelkam en stuifmeelkorfje|de stuifmeelkam en het stuifmeekorfje]].]]
De '''tarsaalklieren''' zitten vlak boven de klauwtjes aan alle voetjes van de koningin en van de werkbijen.
+
De '''tarsaalklieren''' zitten vlak boven de klauwtjes aan alle voetjes van de koningin, de werkbijen en de darren.
  
 
Deze klieren scheiden de zogeheten [[voetafdrukferomoon|voetafdrukferomonen]] af.
 
Deze klieren scheiden de zogeheten [[voetafdrukferomoon|voetafdrukferomonen]] af.
 +
 +
De tarsaalklieren worden ook wel de '''Arnhartklieren''' genoemd, naar de wetenschapper die de klieren in 1923 beschreef<ref>L.Arnhart. Das Krallenglied der Honigbiene. Archiv der Bienenkunde (5, 1923), blz 37-86.</ref>.
 +
 +
==Voetnoten==
 +
<references />

Huidige versie van 28 dec 2011 om 16:02

In bovenstaande foto's geven de pijlen de locatie van de tarsaalklier aan. Op de grote foto van bijna de gehele achterpoot zie je ook mooi de stuifmeelkam en het stuifmeekorfje.

De tarsaalklieren zitten vlak boven de klauwtjes aan alle voetjes van de koningin, de werkbijen en de darren.

Deze klieren scheiden de zogeheten voetafdrukferomonen af.

De tarsaalklieren worden ook wel de Arnhartklieren genoemd, naar de wetenschapper die de klieren in 1923 beschreef[1].

Voetnoten

  1. L.Arnhart. Das Krallenglied der Honigbiene. Archiv der Bienenkunde (5, 1923), blz 37-86.