Apis mellifera capensis: verschil tussen versies

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 1: Regel 1:
 
[[image:Capensis01.JPG|thumb|352px|right|Een capensis-werkster nabij een (omcircelde) moerdop met daarin meerdere werkstereitjes.]]
 
[[image:Capensis01.JPG|thumb|352px|right|Een capensis-werkster nabij een (omcircelde) moerdop met daarin meerdere werkstereitjes.]]
'''Apis mellifera capensis''' is één van de vele rassen van de soort [[Apis mellifera]]. De capensis komt van nature voor aan de kust van Zuid Afrika. Het is een zachtaardige bij, robuust, zwermtraag en vooral resistent tegen [[varroa]]. Deze resistentie wordt vooral veroorzaakt doordat de ontwikkeling van de capensis-werksterbij (van ei tot bij) slechts 18 dagen duurt (i.p.v. de 21 dagen bij [[onze honingbij]]).
+
'''Apis mellifera capensis''' is één van de vele ondersoorten van de soort [[Apis mellifera]]. De capensis komt van nature voor aan de kust van Zuid Afrika. Het is een zachtaardige bij, robuust, zwermtraag en vooral resistent tegen [[varroa]]. Deze resistentie wordt vooral veroorzaakt doordat de ontwikkeling van de capensis-werksterbij (van ei tot bij) slechts 18 dagen duurt (i.p.v. de 21 dagen bij [[onze honingbij]]).
  
Uiterlijk is dit ras, hoewel iets donkerder, nauwelijks van haar buren (de [[Apis mellifera scutellata]]) te onderscheiden, maar de capensis heeft wel een aantal andere opvallende onderscheidende eigenschappen:
+
Uiterlijk is dit ondersoort, hoewel iets donkerder, nauwelijks van haar buren (de [[Apis mellifera scutellata]]) te onderscheiden, maar de capensis heeft wel een aantal andere opvallende onderscheidende eigenschappen:
 
* kleinere broednesten dan de scutellata, en minder sterk reagerend op verstoringen.
 
* kleinere broednesten dan de scutellata, en minder sterk reagerend op verstoringen.
 
* de [[werkbijen]] van de capensis kunnen ook [http://nl.wikipedia.org/wiki/Diplo%C3%AFde diploide] eitjes leggen waaruit dus weer werksters en jonge koninginnen kunnen komen. Deze werkbijen zijn daarbij ook in staat om de geur van de eitjes optimaal op die van de bestaande koningi te laten lijken.
 
* de [[werkbijen]] van de capensis kunnen ook [http://nl.wikipedia.org/wiki/Diplo%C3%AFde diploide] eitjes leggen waaruit dus weer werksters en jonge koninginnen kunnen komen. Deze werkbijen zijn daarbij ook in staat om de geur van de eitjes optimaal op die van de bestaande koningi te laten lijken.
** De werkbijen van de andere rassen kunnen (als [[eierleggende werksters]]) alleen onbevruchte ([http://nl.wikipedia.org/wiki/Haplo%C3%AFde haploïde]) eitjes leggen waaruit dan vervolgens [[darren]] komen.
+
** De werkbijen van de andere ondersoorten kunnen (als [[eierleggende werksters]]) alleen onbevruchte ([http://nl.wikipedia.org/wiki/Haplo%C3%AFde haploïde]) eitjes leggen waaruit dan vervolgens [[darren]] komen.
 
** Niet alle capensis-werkbijen kunnen diploide eitjes leggen aangezien betreffende eigenschap [http://nl.wikipedia.org/wiki/Recessief_(genetica) recessief] is.
 
** Niet alle capensis-werkbijen kunnen diploide eitjes leggen aangezien betreffende eigenschap [http://nl.wikipedia.org/wiki/Recessief_(genetica) recessief] is.
 
** In de zwermtijd zullen de werksters die dat kunnen, eitjes proberen te leggen in [[moerdoppen]] zodat een kloon van henzelf koningin kan worden<ref>Michael J. Holmes, Benjamin P. Oldroyd, Michael H. Allsopp, Julianne Lim, Theresa C. Wossler, Madeleine Beekman. Maternity of emergency queens in the Cape honey bee, Apis mellifera capensis. Molecular Ecology, Volume 19, Issue 13, Article first published online: 10 JUN 2010</ref>. Je kunt dan meerdere eitjes in een (beginnende) moerdop aantreffen.
 
** In de zwermtijd zullen de werksters die dat kunnen, eitjes proberen te leggen in [[moerdoppen]] zodat een kloon van henzelf koningin kan worden<ref>Michael J. Holmes, Benjamin P. Oldroyd, Michael H. Allsopp, Julianne Lim, Theresa C. Wossler, Madeleine Beekman. Maternity of emergency queens in the Cape honey bee, Apis mellifera capensis. Molecular Ecology, Volume 19, Issue 13, Article first published online: 10 JUN 2010</ref>. Je kunt dan meerdere eitjes in een (beginnende) moerdop aantreffen.
* In geval van eierleggende werksters zijn er veel minder eierleggende werksters dan bij de andere rassen. De eierleggende werksters van de capensis zijn beter in staat om [[koninginnenstof]] te maken (waardoor de concurrentie steriel blijft)<ref>R.F.A.Moritz, U.E.Simon, R.M. Crewe. Pheromonal contest between honeybee workers (Apis mellifera capensis). Naturwissenschaften (2000) 87:395–397</ref>.
+
* In geval van eierleggende werksters zijn er veel minder eierleggende werksters dan bij de andere ondersoorten. De eierleggende werksters van de capensis zijn beter in staat om [[koninginnenstof]] te maken (waardoor de concurrentie steriel blijft)<ref>R.F.A.Moritz, U.E.Simon, R.M. Crewe. Pheromonal contest between honeybee workers (Apis mellifera capensis). Naturwissenschaften (2000) 87:395–397</ref>.
  
  

Versie van 4 jan 2011 13:26

Een capensis-werkster nabij een (omcircelde) moerdop met daarin meerdere werkstereitjes.

Apis mellifera capensis is één van de vele ondersoorten van de soort Apis mellifera. De capensis komt van nature voor aan de kust van Zuid Afrika. Het is een zachtaardige bij, robuust, zwermtraag en vooral resistent tegen varroa. Deze resistentie wordt vooral veroorzaakt doordat de ontwikkeling van de capensis-werksterbij (van ei tot bij) slechts 18 dagen duurt (i.p.v. de 21 dagen bij onze honingbij).

Uiterlijk is dit ondersoort, hoewel iets donkerder, nauwelijks van haar buren (de Apis mellifera scutellata) te onderscheiden, maar de capensis heeft wel een aantal andere opvallende onderscheidende eigenschappen:

  • kleinere broednesten dan de scutellata, en minder sterk reagerend op verstoringen.
  • de werkbijen van de capensis kunnen ook diploide eitjes leggen waaruit dus weer werksters en jonge koninginnen kunnen komen. Deze werkbijen zijn daarbij ook in staat om de geur van de eitjes optimaal op die van de bestaande koningi te laten lijken.
    • De werkbijen van de andere ondersoorten kunnen (als eierleggende werksters) alleen onbevruchte (haploïde) eitjes leggen waaruit dan vervolgens darren komen.
    • Niet alle capensis-werkbijen kunnen diploide eitjes leggen aangezien betreffende eigenschap recessief is.
    • In de zwermtijd zullen de werksters die dat kunnen, eitjes proberen te leggen in moerdoppen zodat een kloon van henzelf koningin kan worden[1]. Je kunt dan meerdere eitjes in een (beginnende) moerdop aantreffen.
  • In geval van eierleggende werksters zijn er veel minder eierleggende werksters dan bij de andere ondersoorten. De eierleggende werksters van de capensis zijn beter in staat om koninginnenstof te maken (waardoor de concurrentie steriel blijft)[2].


Close-up capensis-werkster.

In 1991 transporteerden bijenhouders de capensis voorbij de natuurlijke (dorre en woestijn) barrières naar het noorden van Zuid-Afrika (althans, toen werden eierleggende capensis aangetroffen in de daar van nature voorkomende scutellata-volken). Zoals uit experimenten uit 1977-1979 al bekend was, pakt dit voor de Apis mellifera scutellata dramatisch uit. De capensis-werksters dringen de het scutella volk binnen, gaan daar eitjes leggen met dezelfde geur als de scutellata koningin zodat ze niet door de scutelata-werksters worden verwijderd. Al doende komen er steeds meer capensis-werksters die ook weer eitjes leggen en voor het overgrote deel ook niet deelnemen aan de buitendienst. Dit resulteert op de langere termijn aan gebrek aan voedsel en de ondergang van het volk, waarna de capensis-werksters weer op zoek gaan naar een nieuw scutellata-volk.


Voetnoten

  1. Michael J. Holmes, Benjamin P. Oldroyd, Michael H. Allsopp, Julianne Lim, Theresa C. Wossler, Madeleine Beekman. Maternity of emergency queens in the Cape honey bee, Apis mellifera capensis. Molecular Ecology, Volume 19, Issue 13, Article first published online: 10 JUN 2010
  2. R.F.A.Moritz, U.E.Simon, R.M. Crewe. Pheromonal contest between honeybee workers (Apis mellifera capensis). Naturwissenschaften (2000) 87:395–397