Gaasbodem: verschil tussen versies
| Regel 13: | Regel 13: | ||
| − | Een ander nadeel van een gaasbodem kan zijn dat gras via de onderkant de kast in groeit en vast komt te zitten. Dat is bijzonder lastig als je de kast wilt verplaatsen. De [[Celler bodem]] kan hiervoor een oplossing zijn. | + | Een ander nadeel van een gaasbodem kan zijn dat gras via de onderkant de kast in groeit en vast komt te zitten. Dat is bijzonder lastig als je de kast wilt [[verplaatsen van een bijenvolk|verplaatsen]]. De [[Celler bodem]] kan hiervoor een oplossing zijn. |
Huidige versie van 16 mei 2012 om 14:24
In de winter is condenswater een van de grootste problemen van een bijenvolk. Een gaasbodem zorgt dan voor meer ventilatie waardoor er minder vocht maar meer kou in de kast komt. Vanwege die kou accepteren de bijen die open gaasbodem dan ook niet altijd, en kitten hem dan (ten dele) dicht.
Waarschijnlijk is vooral voor grotere volken de winst (minder vochtige kast) groter dan het verlies (minder geisoleerd, dus kouder).
Een gaasbodem heeft als voor- en nadeel dat wat er doorheen valt ook weg is:
- voordeel: gevallen varroamijt komt de kast niet meer in, maar ook
- nadeel: gevallen stuifmeel is ook verloren.
Een goede tussenvorm is wellicht een gaasbodem vooral achterin de kast. Verloren stuifmeel (meestal bij de ingang) kan dan alsnog door de bijen worden opgegeten of in de raten gebracht.
Een ander nadeel van een gaasbodem kan zijn dat gras via de onderkant de kast in groeit en vast komt te zitten. Dat is bijzonder lastig als je de kast wilt verplaatsen. De Celler bodem kan hiervoor een oplossing zijn.