Inballen

Bij het inballen van de moer wordt de moer geheel ingekapseld door een bal van bijen. Hierdoor gaat de moer (als zij niet snel door de imker word bevrijd) vrijwel altijd ten onder (door zuurstofgebrek, beschadeging, etc.).

Bijen gebruiken het inballen ook bij het bestrijden van belagers zoals wespen.

Het inballen van de moer vind vaak plaats n.a.v. een handeling door de imker in een niet harmonieus volk:

• een volk zonder brias
• een moerloos volk waar je een moer in brengt
• een bevruchtingsvolkje
• een volkje met een (nog niet bevruchte, onrustige)jonge moer
• etc.

De handeling van de imker op zich kan ook een grote bijdrage leveren aan het niet meer harmonieus zijn van een volk!

Bij het invoeren van een nieuwe koningin in een volk dreigt altijd het gevaar op inballen. Meestal wordt zo'n nieuwe koningin dan ook ingevoerd in een invoerkooitje waarmee de koningin en bijen wel wat contact met elkaar kunnen hebben en aan elkaar kunnen wennen, maar waarin de koningin veilig is voor het eventuele inballen.

Het inballen kan ook van nature voorkomen als een volk niet meer wil zwermen, en er nog wel twee of meer jonge koninginnen gelijktijdig uitlopen die onderling de strijd aangaan wie mag blijven. De moeren die gewond raken worden direct ingebald zodat deze geen gevaar meer opleveren voor de nog ongeschonden moer(en).