Kan ik ook imker worden ?: verschil tussen versies

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
k
 
(16 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''Als u dat echt wilt dan moet dat zeker lukken.'''
+
[[image:tuin.JPG|right|thumb|400px|Een foto van een tuintje waarin ook bijen werden gehouden in een piepkleine [[bijenstal]]. Achter het hok met de klok was nog 1 meter beschikbaar tot de meer dan 2 meter hoge heg. Daar werden de bijen gehouden. Via de verdere ombouw werd er voor gezorgd dat de bijen bij vertrek altijd eerst de hoogte moesten opzoeken, en ook bij terugkomst weer op hoogte aan kwamen vliegen. Niet dat iemand dat ooit spontaan opviel.]]
  
  
Van belang is daarbij o.a. de in uw woonplaats geldende APV (Algemene Plaatselijke Verordening). Daarin staan vaak ook regels opgenomen met betrekking tot het houden van bijen.
+
'''Als u dat echt wilt, dan moet dat zeker lukken.'''
Vaak wordt er een minimum afstand tot de openbare weg genoemd. Deze afstand geldt dan vervolgens vaak weer niet als je maar bepaalde maatregelen neemt (bijvoorbeeld een omheining van minstens 2 meter hoog).
 
  
  
 +
Vaak wordt gedacht dat het houden van bijen niets is voor in de stad, maar de bijen zullen het daar meestal niet mee eens zijn. In de stad is er voor de bijen meestal meer te vinden dan op het platteland. In de stad is de biodiversiteit vaak (veel) groter dan op het platteland.
  
  
 +
Voor de vraag of u bijen mág houden is vooral de in uw woonplaats geldende APV (Algemene Plaatselijke Verordening) van belang. Daarin staat vaak een minimum afstand tussen de bijenvolken en de openbare weg genoemd, die dan vervolgens weer niet geldt als je maar bepaalde maatregelen neemt die er voor zorgen dat niemand op de openbare weg last van de bijen heeft (bijvoorbeeld door omheining van minstens 2 meter hoog aan te brengen).
  
[[image:tuin.JPG|left]]
 
  
 +
Vaak vliegen er in uw omgeving al heel veel bijen, hommels en wespen. Als u dan ergens bij uw huis buiten beeld een kast heeft staan waarvan de bijen eerst flink omhaag moeten vliegen voordat ze echt weg kunnen vliegen, dan valt dat niemand op.
  
  
 +
Bijen en hommels geven hoe dan ook zo goed als nimmer een probleem.  Als er sprake is van een steek, dan is dat bijna altijd van een wesp (waarvan overigens ook niet alle soorten steeklustig zijn).
  
 +
Helaas weten de meeste mensen echter niet of nauwelijks het verschil tussen bijen en wespen. Elke (wespen-) steek zal al gauw aan uw bijen worden toegedicht. Dat is dan natuurlijk wel vervelend.
  
Ter illustratie van het bovenstaande ziet u hiernaast een foto van een tuintje waarin ook bijen werden gehouden. Achter het hok met de klok was nog 1 meter tot de meer dan 2 hoge heg. Daar werden de bijen gehouden. Via de verdere ombouw werd er voor gezorgd dat de bijen bij vertrek altijd eerst de hoogte opzochten, of bij terugkomst altijd op hoogte weer aankwamen.
+
Het is daarom zeker van belang om een goede verhouding met uw buren te onderhouden. Vertel ze over dit grote verschil tussen bijen en wespen, en betrek ze bijvoorbeeld (ook) op een leuke manier bij uw bijen. Dat kan zijn met een potje honing, maar ook door ze af en toe eens mee te laten kijken. Zo wordt het voor de buren al snel 'gewoon'. Het kan soms handig zijn om pas na verloop van tijd van uw bijen te vertellen. Dan is er immers al sprake van een 'bewezen' periode zonder problemen.
  
  
 +
Als u bij uw eigen huis ècht geen bijen kunt houden (bijvoorbeeld als er in uw directe woonomgeving iemand last heeft van [[bijenallergie]]), dan kunt u vaak nog steeds wel imker worden. Ook in of nabij úw woonplaats zullen er plaatsen zijn waar u één of meerdere bijenvolken mag plaatsen. Informeer bijvoorbeeld eens bij Staatsbosbeheer, Gemeente, Waterschap, volkstuinbeheerders, Landgoedeigenaren, instanties van rioolzuiveringsinstallaties, etc. etc. Maak daarbij als je een plaatsje hebt gevonden wel goede afspraken<ref>Denk aan afspraken over grasmaaien, sleutelbeheer en toegangstijden. Dat laatste is extra van belang als je naar [[dracht|drachten]] wilt reizen, want dan wil je vaak pas 's avonds (als alle bijen weer in de kast zijn) een volk halen of brengen. Ook een [[Het scheppen van een zwerm|geschepte zwerm]] stort je vaak pas s'avonds in een gereedstaande lege kast. Meestal zullen plaatsingen bij dergelijke adressen gratis zijn, maar als je ter plekke een stellage of [[bijenstal]] wilt bouwen dan moet je vooraf natuurlijk wel goede tekeningen kunnen laten zien.</ref>.
  
 +
Zoek in ieder geval contact met de imkersvereniging (bijenhoudersvereniging) in of nabij uw woonplaats. Vaak hebben (of weten) zij ergens een bijenstal waar ook nog wel een plaatsje te vinden is voor uw volk(en). Alle imkersverenigingen zijn blij met nieuwe leden.
  
  
Vaak vliegen er in uw omgeving al heel veel bijen, hommels en wespen. Bijen en hommels geven daarbij zo goed als nimmer een probleem. Als er sprake is van een steek, dan is dat bijna altijd van een wesp (waarbij overigens ook niet alle soorten even steeklustig zijn). De meeste mensen weten echter niet of nauwelijks het verschil tussen bijen en wespen. Zodra uw buren weten dat u bijen houdt zal elke (wespen-) steek aan uw bijen worden toegedicht. Dat is dan natuurlijk wel vervelend.
+
Op imkerpedia staat de [http://www.imkerpedia.nl/startcursus/index.htm theorie van een startcursus], en daar kunt u al heel veel van leren, maar de praktische basisvaardigheden leert u daardoor natuurlijk nog niet. Daarvoor kunt u het beste een [[basiscursus bijenhouden]] gaan volgen bij een vereniging bij u in de buurt.
 
 
 
 
 
 
Veel imkers houden hun buren te vriend door ze geregeld een potje honing toe te stoppen, of door gewoon niet direct te vertellen dat ze bijen hebben. Na verloop van tijd melden dat je al heel lang bijen hebt kan ook een strategie zijn.
 
  
  
 +
U vraagt zich nu wellicht nog af hoeveel tijd er aan een bijenvolk moet worden besteed. Dit hangt voor en groot gedeelte af van de wijze waarop u het wilt doen. Welke methode voor [[zwermverhindering]] u wilt gaan toepassen, met welke bijen u wilt gaan imkeren (de "gewone" [[bastaard-honingbij]], de [[buckfast]], de [[carnica]], etc.), of en hoe vaak u de [[varroa]] wilt bestrijden, etc.
  
 +
Citaat uit "Zelf bijen houden" (Kim Flottum, vertaling 2007): ''"Gedurende een seizoen bent u iets meer tijd kwijt aan uw bijen dan aan uw kat, maar u bent minder tijd aan hen kwijt dan aan uw hond"''.
 +
* bekijk de [[imkerkalender]] en bedenk: van werk dat je leuk vindt word je zelden moe, en tussendoor kan je zo vaak je wilt heerlijk naar ze gaan kijken: de natuur binnen handbereik.
 +
* begin klein (niet meer dan 2 kasten) en ontdek, voor u verder uitbreidt, hoeveel honing u kwijt kunt aan uzelf en uw omgeving.
  
  
 +
De redactie van het vakblad ''Bijen''houden (van de Nederlandse Bijenhoudersvereniging: [[NBV]]) heeft een PR-nummer "voor de nieuwsgierige niet-imker" gemaakt. Daarin vind je antwoord op de meeste startersvragen. Je kunt het downloaden via http://www.bijenhouders.nl/, maar je kunt het ook [http://www.imkerpedia.nl/downloads/Een-goede-start.pdf hier] downloaden.
  
 +
Mocht u daarna nog steeds vragen hebben dan is het aan te bevelen om eens een kennismakingscursus te volgen. Deze worden vanuit imkerpedia ook online georganiseerd. Neem contact op met de [[webmaster]] voor de eerstvolgende gelegenheid.
  
Als u voor eentueel gedoe met uw buren terug deinst (of als er in uw directe woonomgeving iemand last heeft van bijenallergie), dan kunt u vaak nog steeds wel imker worden. Zoek daartoe contact met de bijenvereniging in uw woonplaats. Vaak hebben (of weten) zij ergens een bijenstal waar ook nog een plaatsje te vinden is voor uw volk(en). Alle bijenverenigingen zijn blij met nieuwe leden. Via http://www.bijenhouden.nl/pagina/kaart/kaart_ned.html moet het u welhaast zeker lukken om uw vereniging te vinden.
+
==Voetnoten==
 
+
<references />
 
 
Het is altijd aan te raden om eerst een beginnerscursus te doen en op zoek te gaan naar een mentor. De kans is niet gering dat u door de kennissen die u hierbij opdoet al snel aan uw eerste volkje wordt geholpen.
 
 
 
 
 
U vraagt zich nu wellicht nog af hoeveel tijd er aan een bijenvolk moet worden besteed. Dit hangt voor en groot gedeelte af van de wijze waarop u het wilt doen. Welke methode voor [[zwermverhindering]] u wilt gaan toepassen, met welke bijen u wilt gaan imkeren (de "gewone" [[bastaard-honingbij]], de [[buckfast]], de [[carnica]], etc.), of en hoe vaak u de [[varroa]] wilt bestrijden, etc.
 
Wat de bijen betreft is alle tijd die je aan hen besteed (behlave het boeden van een onderkomen) te veel. Meestal kunnen zij het uitstekend redden zonder jou. Dat gezegd hebbende ben je waarschijnlijk minimaal drie maal per jaar aan de beurt (met dank aan Maarten Kleijne in http://www.bijenhouden.nl/forum/topic.asp?ARCHIVE=true&TOPIC_ID=7519) :
 
-1x volken splitsen voor [[zwermverhindering]], anders kan je wel eens een [[zwerm]] kwijtraken.
 
-1x honing afnemen want eigen honing is toch wel heel leuk.
 
-1x inwinteren
 
Maar tussendoor kan je zo vaak je wilt heerlijk rustgevend naar ze gaan kijken.
 
En als je veel tijd hebt kan je er elke zaterdag lekker mee bezig blijven.
 
 
 
 
 
De redactie van het vakblad Bijenhouden (van de Nederlandse Bijenhoudersvereniging: NBV) heeft onlangs een PR-nummer "voor de nieuwsgierige niet-imker" gemaakt. Daarin vind je antwoord op de meeste startersvragen. Je kunt het downloaden via http://www.bijenhouders.nl/, maar je kunt het ook [[http://www.imkerpedia.nl/wiki/downloads/Een-goede-start.pdf hier]] downloaden.
 

Huidige versie van 25 sep 2020 om 12:12

Een foto van een tuintje waarin ook bijen werden gehouden in een piepkleine bijenstal. Achter het hok met de klok was nog 1 meter beschikbaar tot de meer dan 2 meter hoge heg. Daar werden de bijen gehouden. Via de verdere ombouw werd er voor gezorgd dat de bijen bij vertrek altijd eerst de hoogte moesten opzoeken, en ook bij terugkomst weer op hoogte aan kwamen vliegen. Niet dat iemand dat ooit spontaan opviel.


Als u dat echt wilt, dan moet dat zeker lukken.


Vaak wordt gedacht dat het houden van bijen niets is voor in de stad, maar de bijen zullen het daar meestal niet mee eens zijn. In de stad is er voor de bijen meestal meer te vinden dan op het platteland. In de stad is de biodiversiteit vaak (veel) groter dan op het platteland.


Voor de vraag of u bijen mág houden is vooral de in uw woonplaats geldende APV (Algemene Plaatselijke Verordening) van belang. Daarin staat vaak een minimum afstand tussen de bijenvolken en de openbare weg genoemd, die dan vervolgens weer niet geldt als je maar bepaalde maatregelen neemt die er voor zorgen dat niemand op de openbare weg last van de bijen heeft (bijvoorbeeld door omheining van minstens 2 meter hoog aan te brengen).


Vaak vliegen er in uw omgeving al heel veel bijen, hommels en wespen. Als u dan ergens bij uw huis buiten beeld een kast heeft staan waarvan de bijen eerst flink omhaag moeten vliegen voordat ze echt weg kunnen vliegen, dan valt dat niemand op.


Bijen en hommels geven hoe dan ook zo goed als nimmer een probleem. Als er sprake is van een steek, dan is dat bijna altijd van een wesp (waarvan overigens ook niet alle soorten steeklustig zijn).

Helaas weten de meeste mensen echter niet of nauwelijks het verschil tussen bijen en wespen. Elke (wespen-) steek zal al gauw aan uw bijen worden toegedicht. Dat is dan natuurlijk wel vervelend.

Het is daarom zeker van belang om een goede verhouding met uw buren te onderhouden. Vertel ze over dit grote verschil tussen bijen en wespen, en betrek ze bijvoorbeeld (ook) op een leuke manier bij uw bijen. Dat kan zijn met een potje honing, maar ook door ze af en toe eens mee te laten kijken. Zo wordt het voor de buren al snel 'gewoon'. Het kan soms handig zijn om pas na verloop van tijd van uw bijen te vertellen. Dan is er immers al sprake van een 'bewezen' periode zonder problemen.


Als u bij uw eigen huis ècht geen bijen kunt houden (bijvoorbeeld als er in uw directe woonomgeving iemand last heeft van bijenallergie), dan kunt u vaak nog steeds wel imker worden. Ook in of nabij úw woonplaats zullen er plaatsen zijn waar u één of meerdere bijenvolken mag plaatsen. Informeer bijvoorbeeld eens bij Staatsbosbeheer, Gemeente, Waterschap, volkstuinbeheerders, Landgoedeigenaren, instanties van rioolzuiveringsinstallaties, etc. etc. Maak daarbij als je een plaatsje hebt gevonden wel goede afspraken[1].

Zoek in ieder geval contact met de imkersvereniging (bijenhoudersvereniging) in of nabij uw woonplaats. Vaak hebben (of weten) zij ergens een bijenstal waar ook nog wel een plaatsje te vinden is voor uw volk(en). Alle imkersverenigingen zijn blij met nieuwe leden.


Op imkerpedia staat de theorie van een startcursus, en daar kunt u al heel veel van leren, maar de praktische basisvaardigheden leert u daardoor natuurlijk nog niet. Daarvoor kunt u het beste een basiscursus bijenhouden gaan volgen bij een vereniging bij u in de buurt.


U vraagt zich nu wellicht nog af hoeveel tijd er aan een bijenvolk moet worden besteed. Dit hangt voor en groot gedeelte af van de wijze waarop u het wilt doen. Welke methode voor zwermverhindering u wilt gaan toepassen, met welke bijen u wilt gaan imkeren (de "gewone" bastaard-honingbij, de buckfast, de carnica, etc.), of en hoe vaak u de varroa wilt bestrijden, etc.

Citaat uit "Zelf bijen houden" (Kim Flottum, vertaling 2007): "Gedurende een seizoen bent u iets meer tijd kwijt aan uw bijen dan aan uw kat, maar u bent minder tijd aan hen kwijt dan aan uw hond".

  • bekijk de imkerkalender en bedenk: van werk dat je leuk vindt word je zelden moe, en tussendoor kan je zo vaak je wilt heerlijk naar ze gaan kijken: de natuur binnen handbereik.
  • begin klein (niet meer dan 2 kasten) en ontdek, voor u verder uitbreidt, hoeveel honing u kwijt kunt aan uzelf en uw omgeving.


De redactie van het vakblad Bijenhouden (van de Nederlandse Bijenhoudersvereniging: NBV) heeft een PR-nummer "voor de nieuwsgierige niet-imker" gemaakt. Daarin vind je antwoord op de meeste startersvragen. Je kunt het downloaden via http://www.bijenhouders.nl/, maar je kunt het ook hier downloaden.

Mocht u daarna nog steeds vragen hebben dan is het aan te bevelen om eens een kennismakingscursus te volgen. Deze worden vanuit imkerpedia ook online georganiseerd. Neem contact op met de webmaster voor de eerstvolgende gelegenheid.

Voetnoten

  1. Denk aan afspraken over grasmaaien, sleutelbeheer en toegangstijden. Dat laatste is extra van belang als je naar drachten wilt reizen, want dan wil je vaak pas 's avonds (als alle bijen weer in de kast zijn) een volk halen of brengen. Ook een geschepte zwerm stort je vaak pas s'avonds in een gereedstaande lege kast. Meestal zullen plaatsingen bij dergelijke adressen gratis zijn, maar als je ter plekke een stellage of bijenstal wilt bouwen dan moet je vooraf natuurlijk wel goede tekeningen kunnen laten zien.