Productievolk

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een productievolk is in feite een zeer groot bijenvolk dat, door de handelingen van de bijenhouder:

  • leidende tot een overcapaciteit aan haalbijen, en
  • waardoor het in de buurt van een grote dracht (zoals fruit, linde of heid) wordt gezet,

overgaat tot het vormen van honingvoorraden waarna deze door de imker kan worden gewonnen. In zo'n productievolk komt dan zoveel nectar binnen dat de huisbijen geen tijd hebben om het broed adequaat te verzorgen: de balans blijft in het voordeel van de haalbijen.


Geen productievolk:

  • Een volk dat veel huisbijen heeft: deze zal meestal, ook als er volop dracht is, de nadruk leggen op de ontwikkeling van het broednest.
  • Een zwak volk: deze zal (ongeacht de samenstelling) eerst op sterkte willen komen voordat het overgaat tot het vormen van voedselvoorraden.


In de natuur zal een productievolk zoals hier bedoeld zelden voorkomen. In de natuur zal een moervolk (eventueel zelfs bij herhaling) (kaal) afzwermen - dus eerder leidenden tot meerdere zwakke volken - die vervolgens voldoende voorraad zullen aanleggen, maar zelden overcapaciteit zullen laten zien).


Ook bij de bestuiving wordt er door de fruittelers gevraagd om productievolken.


De handelingen van de bijenhouder ten gunste van productievolken

  • Verenigen tot sterke volken.
  • Voorafgaand aan een dracht tijdig (d.w.z. er rekening me houdende dat er 40 dagen zit tussen ei en haalbij) gesloten broed van een ander volk bij het beoogde productievolk hangen.
  • op het juiste moment juist zodanige broedbeperking dat er op de dracht niet teveel huisbijen zullen zijn.