Werksterbroed
Werkbijen worden geboren uit bevruchte eitjes die gelegd worden in kleinere cellen en in grotere getale dan darrenbroed. Vergeleken met darrenbroed is werksterbroed een stuk vlakker en wordt daarom ook wel vlakbroed genoemd.
Bevruchte werkster-eitjes worden door de koningin gelegd en bestaan uit eicellen van de koningin met 16 chromosomen en uit zaadcellen van de dar, eveneens met 16 chromosomen.
Uit een werksterlarve komt een jong idividu met 32 chromosomen.
Chromosomen zijn de kernstaafjes en dragers van de erfelijke eigenschappen.
De fase van werksterbroed bedraagt 21 dagen en kan onderverdeeld worden in:
- 3 dagen eitje,
- 6 dagen larve,
- 12 dagen popstadium.
Werkstercellen hebben een afmeting van 5,4 mm overhoeks gemeten in natuurbouw.
Per 100cm² zijn er 407 cellen, n.l. 11 rijen van 19, en 11 rijen van 18 cellen.
Een standaard (simplex) broedraam met een afmeting van 340 x 190mm heeft per zijde 2630 cellen.
Totaal heeft de koningin aan beide zijden de beschikking over 2 x 2630 cellen, ofwel 5260 cellen.